Inspraakverslag verordening Vervoer naar en van school d

Inspraakverslagconcept verordening Vervoer naar en van school
gemeente Diemen 2024


De inspraakperiode voor de verordening Vervoer naar en van school was van woensdag 6 maart tot en met woensdag 27 maart. In dit verslag staat de reactie van het college van Diemen op de ingekomen reacties. Ook zijn de wijzigingen aande concept verordening Vervoer naar en van school opgenomen.


Inhoud





































Bekendmaking


In het DiemerNieuws en op de gemeentelijke website is bekend gemaakt wat de mogelijkheden van inwoners zijn voor inspraak op de concept verordening Vervoer naar en van school 2024 gemeente Diemen. In bijlage 1 staat het tekstbericht dat in het DiemerNieuws en op de gemeentelijke website is gepubliceerd.



Informatie aan ouders

Ouders die in het schooljaar 2023-2024 gebruikmaken van het leerlingenvervoer zijn op dinsdag vijf maart geïnformeerd over het inspraakproces. Ouders ontvingen een mail met daarin een brief en de concept verordening Vervoer naar en van school. In de brief stond uitleg over het inspraakproces en een samenvatting van wat er wel en niet verandert in de vervoersvoorziening naar en van school. In bijlage 2 staat de brief die ouders hebben ontvangen.



De volgende reacties van ouders en inwoners zijn binnengekomen per telefoon of per mail.



Nr.

Reacties van ouders

Reactie van het college


1.

Voor een aantal ouders is er onduidelijkheid vanaf wanneer de nieuwe regels effect hebben op hun eigen situatie. Ouders mailen en bellen dat ze weten dat de nieuwe verordening (waarschijnlijk) ingaat op 1 juni 2024 en hebben vervolgens de vraag of ze een nieuwe beschikking ontvangen voor het schooljaar 2023-2024. Voor ouders is het niet duidelijk dat de verordening Vervoer naar en van school geldt voor de aanvragen voor het schooljaar 2024-2025.


Ieder jaar krijgen ouders die gebruikmaken van een vervoersvoorziening, een brief in de maand mei. In deze brief staat informatie over het aanvraagproces voor een vervoersvoorziening voor het vervoer naar en van school voor het komende schooljaar. In deze brief komt duidelijk te staan dat de aanvragen voor het schooljaar 2024-2025 volgens de regels in de verordening Vervoer naar en van school beoordeeld worden.
En dat er niks verandert aan de huidige beschikking/vervoersvoorziening voor het schooljaar 2023-2024.

2.

Een ouder geeft aan dat de huidige beschikking voor de vervoersvoorziening geldt voor de schooljaren 2023-2024 en 2024-2025. De vraag is of er voor het schooljaar 2024-2025 een nieuwe beschikking komt nu er nieuwe regels gelden vanaf 1 juni.


Een aantal aanvullende vragen van deze ouder die gaan over de gezinssituatie zijn om privacyredenen niet in dit verslag opgenomen.



Meerjarige beschikkingen gelden tot de datum die op de beschikking staat. Een nieuwe verordening verandert hier niks aan.

Reacties inspraakbijeenkomst


De inspraakbijeenkomst over de conceptverordening was op dinsdag 12 maart 2024.
Op de bijeenkomst waren zeven ouders aanwezig die een beschikking hebben voor aangepast vervoer voor het schooljaar 2023-2024. In het onderstaande schema zijn de vragen weergegeven die ouders hebben gesteld tijdens de inspraakbijeenkomst. Er zijn ‘algemene’ vragen gesteld en sommige ouders stelden ook vragen over hun persoonlijke situatie. Ook zijn een aantal verzoeken of constateringen van ouders opgenomen.




Nr.

Reacties van ouders

Reactie van het college

1.

Een ouder geeft aan dat er voor dit schooljaar leerlingenvervoer beschikbaar was naar verschillende scholen voor voortgezet onderwijs. In het aanvraagproces in mei 2023 is niet aangegeven dat er alleen aangepast vervoer is naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Het kind van deze ouder heeft nu aangepast vervoer naar een school die niet de dichtstbijzijnde toegankelijke school is. De ouder wil weten of haar kind het leerlingenvervoer behoudt naar de school waar haar kind nu naartoe gaat.



Een andere ouder vraagt ook om aangepast vervoer beschikbaar te houden voor zijn kind naar een verder weg gelegen school.

Elk jaar doen ouders opnieuw een aanvraag voor een vervoersvoorziening naar en van school. Dit geldt overigens niet voor ouders met een meerjarige beschikking.

Elk jaar beoordeelt het college opnieuw of de leerling in aanmerking komt voor een vervoersvoorziening en zo ja, welke vorm van ondersteuning passend is.


We gaan voor de beantwoording van deze vraag ervanuit dat de leerling weer in aanmerking komt voor de vervoersvoorziening aangepast vervoer.

De vraag van de ouder is of er dan alleen recht is op aangepast vervoer naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school of ook naar de verder weg gelegen school waar de leerling al op school zit.


Schoolwisselingen kunnen een negatief effect hebben op de schoolloopbaan. Het recht op een vervoersvoorziening naar de school waar de leerling al onderwijs volgt, blijft daarom bestaan. Dit uitgangspunt geldt ook voor andere leerlingen die nu recht hebben op een vervoersvoorziening naar een andere school dan de dichtstbijzijnde toegankelijke school.


Voor nieuwe aanvragen wordt alleen een vervoersvoorziening beschikt naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Ouders kunnen hun kind bij een verder weg gelegen school inschrijven, wel moeten ouders dan er rekening mee houden dat naar deze verder weg gelegen school geen vervoersvoorziening wordt toegekend.

2.

Gelden de nieuwe regels die in de verordening Vervoer naar en van school staan ook voor het vervoer dat geregeld is via de Wet langdurige zorg?

Nee, het zijn twee verschillende regelingen.

3.

Een ouder vraagt zich af of de gemeente wel kijkt naar wat de individuele situatie is van elke leerling. De regels in de verordening gelden misschien niet voor elk kind. En doet de gemeente wel onderzoek naar wat de situatie van ieder kind is?

De gemeente gaat in gesprek met alle ouders die een aanvraag doen voor een vervoersvoorziening naar en van school.
Juist omdat iedere gezinssituatie anders is.

De gemeente kan tijdens het onderzoek naar welke vervoersvoorziening passend is, beslissen om advies te vragen aan deskundigen. De gemeente vraagt advies wanneer het belangrijk is om meer te weten te komen over de (leer)mogelijkheden van kinderen of ouders. Met deze informatie kan de gemeente een zorgvuldige beslissing nemen over welke ondersteuning passend is.

4.

Wat kunnen ouders verwachten als het gaat om het veranderen van de regels voor deze vervoersvoorziening? De ouder verwacht continuïteit van de regels.

In de verordening staan de regels voor ondersteuning bij het vervoer naar en van school. De gemeenteraad moet met de verordening instemmen. De gemeente is verplicht een regeling te hebben én heeft de mogelijkheid om regels aan te passen. De regels gelden pas nadat de gemeenteraad met de regels heeft ingestemd. Ook gelden de nieuwe regels pas voor aanvragen voor een volgend schooljaar. De gemeente Diemen past de regels elke drie of vier jaar aan.

5.

Is er wel voldoende personeel bij de OV-coach om leerlingen te helpen bij het leren van zelfstandig reizen?

De gemeente heeft deze vraag in maart 2024 gesteld. De OV-coach gaf toen aan voldoende mensen te hebben om ook inwoners uit Diemen te helpen bij het zelfstandig leren reizen.

Ouders kunnen deze vraag het beste aan de OV-coach stellen. De OV-coach is een onafhankelijke organisatie.

OV-coach helpt bij het zelfstandig leren reizen met het openbaar vervoer of de fiets in de vervoersregio Amsterdam. Iedereen in de vervoersregio Amsterdam kan hulp aanvragen bij OV-coach. Deze hulp is gratis en vragen ouders zelf aan voor hun kind.

6.

Een ouder merkt op dat de reistijd naar school belangrijk is om mee te nemen in de afweging of een leerling wel of niet zelfstandig naar school kan reizen. In de verordening staat niet bij welke reistijd een leerling wel of niet zelfstandig naar school moet reizen. De ouder vraagt of daarover iets opgenomen kan worden.


In de conceptverordening staat in artikel 3.2 lid 2: ‘Voor leerlingen van 11 jaar en ouder is zelfstandig reizen het uitganspunt, ongeacht de afstand of schoolsoort.

Het college neemt in de verordening niet op met welke reistijd leerlingen wel en niet zelfstandig naar school moeten reizen. In de verordening is de volgende tekst opgenomen over zelfstandig reizen vanaf 11 jaar: ‘Voor leerlingen van 11 jaar of ouder is zelfstandig reizen het uitgangspunt. Een leerling wordt alleen geacht zelfstandig naar school te reizen voor zover de school voor de leerling lopend, per fiets of met openbaar vervoer veilig, binnen acceptabele tijd en met acceptabele inspanning bereikbaar is. Het college stelt hierover nadere regels.’

Voor het college is het uitgangspunt dat er voor iedere leerling afzonderlijk vastgesteld moet worden wat haalbaar is.

7.

Wat is de aanleiding voor het opstellen van een nieuwe verordening?

Om de drie of vier jaar past de gemeente Diemen de verordening aan, zodat de verordening blijft aansluiten bij (maatschappelijke) ontwikkelingen.
De huidige verordening is ingegaan in 2019. Het was dus weer tijd voor een update. Bovendien sluiten de regels nu weer aan bij de landelijke ontwikkelingen in het sociaal domein en in het leerlingenvervoer

9.

Wat als een leerling van 11 jaar nog niet zelfstandig kan reizen?

In de verordening staat dat zelfstandig reizen het uitgangspunt is voor leerlingen van 11 jaar of ouder. Als blijkt dat een leerling van 11 jaar nog niet zelfstandig naar school kan reizen dan verwachten we dat ouders brengen en halen. Als ouders niet kunnen brengen en halen, dan ontstaat er, als voldaan is aan de voorwaarden in de verordening, recht op aangepast vervoer.

10.

Tip van één van de ouders: geef de volgende keer aan wat de oude regels waren en wat nieuw is in de concept verordening. En communiceer in begrijpelijke taal en houdt rekening met anderstaligen.

Het college neemt deze tip mee voor de volgende keer dat de verordening wordt aangepast.


Het college vindt het belangrijk dat inwoners informatie van de gemeente Diemen ontvangen in begrijpelijke taal. Daarom is de brief aan ouders over het inspraakproces geschreven op taalniveau B1. In deze brief worden op pagina 2 ook de belangrijkste veranderingen samengevat.

11.

Een ouder merkt op dat er veel partijen betrokken zijn bij de keuze en toewijzing van een school. De vraag aan de gemeente is wat de rol van de gemeente in dit proces is.

De gemeente bepaalt niet welke school(soort) toegankelijk is voor de leerling. Het Samenwerkingsverband beslist dit. Het besluit van het Samenwerkingsverband staat op de toelaatbaarheidsverklaring.

Voor de vervoersvoorziening naar en van school geldt dat er alleen recht is op een vervoersvoorziening naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Anders verwoord: je krijgt alleen ondersteuning naar de toegankelijke school die zo dicht mogelijk bij huis is.

Ouders kunnen altijd kiezen voor een andere, verder weg gelegen school. De leerling moet dan zelf naar deze school reizen of ouders moeten brengen en halen.

12.

Wordt er rekening gehouden met het feit dat niet iedere ouder (ook in een tweeoudergezin) het kind kan brengen of halen?

Na de aanvraag van ouders volgt altijd een gesprek. Ouders geven aan wat de mogelijkheden van ouders, het kind en het netwerk van ouders zijn. Ouders tonen soms ook aan wat hun mogelijkheden zijn door de werkgeversverklaring. De gemeente kan aanvullend advies vragen aan deskundigen.

De gemeente stelt dus zorgvuldig vast wat de mogelijkheden zijn. Pas wanneer de gemeente een volledig beeld heeft van de mogelijkheden, besluit de gemeente of er ondersteuning nodig is en zo ja, wat passende ondersteuning is.

Het kan zo zijn dat de gemeente vaststelt dat het voor de ouder(s) én het netwerk niet mogelijk is om te brengen en/of halen én dat de leerling ook nog niet zelfstandig naar school kan reizen.

13.

Meerdere ouders (die een tweeoudergezin vormen) geven aan dat het niet reëel is om onderscheid te maken tussen een eenoudergezin en een tweeoudergezin.

Tweeoudergezinnen hebben meer mogelijkheden dan eenoudergezinnen. Een tweeoudergezin kan het brengen en halen verdelen over twee ouders. Een ouder in een eenoudergezin kan dit niet.

14.

Tijdens de inspraakbijeenkomst ging het gesprek ook meer in het algemeen over de belastbaarheid van ouders (met een kind met een beperking).

Het college heeft in de verordening Vervoer naar en van school een aanpassing gemaakt in het aantal uren dat het college verwacht dat ouders bezig zijn met brengen en halen.

De verwachting in de concept verordening was dat iedere ouder maximaal 10 uur besteedt aan brengen en halen. Voor een eenoudergezin betekent dit maximaal 10 uur per week. Voor een tweeoudergezin betekent dit 20 uur per week. Dit urenaantal is aangepast naar:

Van een eenoudergezin wordt verwacht dat de ouder maximaal 8 uur per week besteedt aan het brengen en halen van alle kinderen in het huishouden.


Van een tweeoudergezin wordt verwacht dat de ouders maximaal 12 uur per week besteden aan het brengen en halen van alle kinderen in het huishouden.

De reden voor deze aanpassing is dat dit een redelijker aantal uren is. De norm voor tweeoudergezinnen ligt hoger omdat het brengen en halen verdeeld kan worden over twee ouders.

Bij het vaststellen welke inzet er redelijkerwijze gevraagd kan worden van ouders is gekeken naar onder andere de inzet in de modelverordening van de VNG en de inzet die gevraagd wordt van ouders in de gemeente Amsterdam.

In de modelverordening van de VNG staat geen maximaal urenaantal voor brengen en halen. Van ouders wordt brengen en halen verwacht tot een (enkele) reistijd van 90 minuten. In de verordening van Amsterdam wordt brengen en halen verwacht tot een (enkele) reistijd van 45 minuten en Amsterdam heeft geen maximaal urenaantal voor brengen en halen.

De gemeente Diemen verwacht brengen en halen tot een (enkele) reistijd van 45 minuten én formuleert een maximaal aantal uren voor brengen en halen.


In Amsterdam kan een gezin dus een enkele reistijd van 45 minuten hebben, wat resulteert in 3 uur halen en brengen per dag. Dat is 15 uur per week. In Diemen ontstaat er eerder, namelijk bij 12 of 8 uur, recht op ondersteuning. In de verordening van Diemen uit 2019 stond de VNG-norm van 90 minuten enkele reis. In de verordening 2024 ligt de verwachte inzet van ouders lager dan in de verordening uit 2019.

15.

Een van de ouders denkt dat de nieuwe regels invloed kunnen hebben op andere ouders die nu geen aanvraag meer durven te doen.

Het is niet de bedoeling om ouders te ontmoedigen om een aanvraag te doen. De inzet van het college is om ouders op een passende manier te ondersteunen en ervoor te zorgen dat er plek is voor kinderen in het taxivervoer die zonder dit taxivervoer niet op school kunnen komen.
Het naar school brengen en halen is een taak van ouders en de gemeente ondersteunt waar nodig hierbij. Als ouders zelf kunnen brengen en halen, dan wordt ook van ouders verwacht dat zij zelf brengen en halen. Als de school ver weg is, ondersteunt de gemeente door een reiskostenvergoeding.

Het is voor ouders altijd mogelijk om laagdrempelig contact op te nemen met de jeugdconsulenten. Op basis van een eerste contactmoment kan er een inschatting gedaan worden of en zo ja, hoe de gemeente kan ondersteunen.

16..

Tip van een van de ouders: zorg ervoor dat scholen ouders kunnen informeren over de vervoersvoorziening Vervoer naar en van school.

De gemeente heeft de basisscholen in Diemen al geïnformeerd over de verordening Vervoer naar en van school 2024.

De gemeente is van plan om de speciaal onderwijsscholen, waar Diemense leerlingen op school zitten, te informeren over de vervoersvoorziening Vervoer naar en van school. Deze scholen zijn dan op de hoogte van de (nieuwe) regels en kunnen ouders informeren over welke ondersteuning er mogelijk voor het vervoer naar en van school.



Hieronder staat welke wijzigingen in de verordening Vervoer naar en van school zijn opgenomen. In de was-kolom staat de tekst die in de conceptverordening staat. In de wordt-kolom staat welke tekst er in (de definitieve versie van) de verordening Vervoer naar en van school staat. In de Reacties via mail/telefoon en Reacties Inspraakbijeenkomst staat waarom besloten is tot een wijziging van de tekst.

Was

Wordt

In artikel 3.2 lid 2 stond: ‘Voor leerlingen van 11 jaar en ouder is zelfstandig reizen het uitganspunt, ongeacht de afstand of schoolsoort. Voor leerlingen onder de 11 jaar beoordelen ouders zelf of zij de leerling brengen en halen, of zelfstandig laten reizen.’



In artikel 3.2 lid staat: ‘Voor leerlingen onder de 11 jaar beoordelen ouders zelf of zij de leerling brengen en halen, of zelfstandig laten reizen. Voor leerlingen van 11 jaar of ouder is zelfstandig reizen het uitgangspunt. Een leerling wordt alleen geacht zelfstandig naar school te reizen voor zover de school voor de leerling lopend, per fiets of met openbaar vervoer en veilig, binnen acceptabele tijd en met acceptabele inspanning bereikbaar is. Het college stelt hierover nadere regels.’

In artikel 3.3 lid 3 stond: ‘Van elke ouder wordt verwacht dat hij of zij maximaal 10 uur per week besteedt aan het brengen en halen van alle kinderen in het huishouden.’

In artikel 3.3. lid 5 bij c en d staat: ‘Van een eenoudergezin wordt verwacht dat de ouder maximaal 8 uur per week besteedt aan het brengen en halen van alle kinderen in het huishouden. Van een tweeoudergezin wordt verwacht dat de ouders maximaal 12 uur per week besteden aan het brengen en halen van alle kinderen in het huishouden.


In artikel 4.6 lid 2 stond: ‘De Verordening Leerlingenvervoer Gemeente Diemen 2019 blijft van toepassing op vervoersaanvragen die betrekking hebben op het schooljaar 2023/2024.’

In artikel 4.6 lid 2 staat: ‘De verordening Leerlingenvervoer gemeente Diemen 2019 blijft van toepassing op vervoersaanvragen verstrekt op basis van de verordening Leerlingenvervoer gemeente Diemen 2019, totdat de voorziening afloopt dan wel het college een nieuw besluit heeft genomen waarbij het besluit waarmee deze voorziening is versterkt wordt ingetrokken, herzien of beëindigd.’

















Het college heeft besloten tot het uitvoeren van onderstaande actiepunten naar aanleiding van het inspraakproces.

Ouders ontvangen ieder jaar in mei een brief. In deze brief staat informatie over het aanvraagproces voor een vervoersvoorziening naar en van school voor het nieuwe schooljaar.
Op basis van de vragen en opmerkingen van ouders tijdens het inspraakproces wordt in deze brief ook gemeld dat:


-voor aanvragen voor het schooljaar 2024-2025 de regels van de verordening Vervoer naar en van school gelden;

-dat vanwege de nieuwe regels het zo kan zijn dat ouders een vergelijkbare aanvraag indienen en andere ondersteuning toegewezen krijgen;

-ouders met een meerjarige beschikking zorgvuldig moeten kijken tot wanneer de vervoersvoorziening is toegewezen. En dat ouders geen nieuwe aanvraag hoeven te doen vanwege een nieuwe verordening;
-wanneer een leerling onderwijs volgt op een andere school dan de dichtstbijzijnde toegankelijke school het recht op een vervoersvoorziening naar deze school blijft bestaan. Voorwaarde is dat opnieuw een vervoersvoorziening wordt toegewezen.






-bijlage 1: Tekstbericht DiemerNieuws en gemeentelijke website.
-bijlage 2: Brief ouders conceptverordening Vervoer naar en van school.

9